Articles

Het oog als spiegel van het immuunsysteem; diagnostiek en behandeling van uveïtis

NTvAAKI - jaargang 23, nummer 2, mei 2023

dr. J.A.M. van Laar , dr. J.C.E.M. ten Berge

SAMENVATTING

Uveïtis is een verzamelterm voor intra-oculaire ontstekingen die het eerste symptoom kunnen zijn van een onderliggende aandoening zoals lues, sarcoïdose of de ziekte van Behçet. Het is van belang snel onderscheid te maken tussen een infectieuze en een niet-infectieuze uveïtis vanwege het verschil in behandeling. De opkomst van ‘biologicals’, zoals de TNF-α-remmers, heeft de behandeling van niet-infectieuze uveïtis sterk verbeterd. Omdat de onderliggende oorzaken en behandelingen van uveïtis uiteenlopen, kunnen verschillende medische disciplines betrokken zijn bij patiënten met uveïtis.

(NED TIJDSCHR ALLERGIE, ASTMA, KLIN IMMUNOL 2023;23(2):52–6)

Lees verder

Sarcoïdose: de huidige stand van zaken

NTvAAKI - jaargang 21, nummer 4, december 2021

K.E. van der Wouden , drs. C.J. Teunis , dr. J.A.M. van Laar , dr. A.F. Karim

Sarcoïdose is een systemische, granulomateuze, niet-infectieuze aandoening met kans op betrokkenheid van bijna alle organen. De diagnose is gebaseerd op klinische en radiologische kenmerken, waarbij het door middel van histologisch onderzoek aantonen van granulomen essentieel blijft. Biomarkers als ‘soluble’ interleukine 2-receptor in serum kunnen vanwege de hoge sensitiviteit van meerwaarde zijn bij de diagnostiek van sarcoïdose. Aanvullende beeldvormende onderzoeken zoals een CT-en/ of PET-scan zijn vaak nodig om de uitgebreidheid van de ziekte en de lokalisatie voor een biopsie vast te stellen. Behandeling is geïndiceerd indien sprake is van bedreiging van vitale organen (zoals de ogen, longen en het hart) door de actieve ziekte. Hoewel protocollaire behandelstrategieën ontbreken, zijn er verschillende behandelopties. Glucocorticoïden zijn vaak de eerste behandelstap, gevolgd door conventionele immuunsuppressieve middelen (zoals methotrexaat), tweedelijnsbiologicals (zoals TNF-α-antagonisten).

(NED TIJDSCHR ALLERGIE, ASTMA, KLIN IMMUNOL 2021;21(4):142–8)

Lees verder

IgG4-gerelateerde ziekte: huidige stand van zaken

NTvAAKI - jaargang 18, nummer 1, februari 2018

dr. A.F. Karim , dr. M.A.W. Hermans , dr. R.M. Verdijk , prof. dr. P.M. van Hagen , dr. J.A.M. van Laar

SAMENVATTING

IgG4-gerelateerde ziekte (IgG4-RD) is een systemische, fibro-inflammatoire ziekte met manifestaties in bijna alle organen en derhalve een breed palet aan klinische presentaties. De ziekte wordt gekenmerkt door fibrosering en infiltratie van IgG4-positieve plasmacellen in de aangedane organen waarvan de precieze pathogenese vooralsnog onbekend is. Alhoewel het serum-IgG4 behulpzaam kan zijn in de diagnostiek van IgG4-RD, is histologie vooralsnog de gouden standaard om tot een diagnose te komen. Kennis van IgG4-RD is belangrijk om vertraging in de diagnostiek of misdiagnose te voorkomen. Onbehandelde IgG4-RD kan leiden tot fibrosering van de betrokken organen of zelfs secundaire AA-amyloïdose. De eerstelijnsbehandeling bestaat in het algemeen uit corticosteroïden. Er is echter vaak reactivatie van ziekte na het afbouwen of stoppen van corticosteroïden, waardoor steroïdsparende behandeling noodzakelijk is. Conventionele immuunsuppressieve middelen zoals methotrexaat of azathioprine kunnen worden gebruikt in de behandeling, maar deze werken niet altijd afdoende. Er is toenemend bewijs voor de effectiviteit van rituximab bij patiënten die refractair zijn voor conventionele middelen of met een ernstige eerste presentatie.

(Ned Tijdschr Allergie & Astma 2018;18:3-9)

Lees verder