Onderzoekers van het Erasmus MC in Rotterdam en de Chulalongkorn universiteit in Bangkok (Thailand) hebben een genetische mutatie ontdekt die een ernstige vorm van voedselallergie kan veroorzaken. Een vader en twee van zijn jonge kinderen in Thailand blijken alle drie aan deze aandoening te lijden. De ontdekking is gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Journal of Allergy and Clinical Immunology.
Het gaat om een mutatie in het gen dat codeert voor het eiwit Stat6. Dit eiwit geeft signalen in de cel door die betrokken zijn bij de productie van stoffen die een rol spelen bij allergieën. De genmutatie werd ontdekt bij een familie in Thailand, waarbij in het Stat6-gen spontaan een mutatie was ontstaan waardoor het eiwit overmatig actief werd. Als gevolg daarvan werden de patiënten overgevoelig werden voor veel voedingsbestanddelen.
De ontdekking is gedaan door de wetenschapper dr. May Narissara Suratannon – PhD student van het Erasmus MC – en haar promotor prof. Martin van Hagen. Het onderzoek werd gedaan in nauwe samenwerking met de Chulalongkorn University in Bangkok. Van Hagen is als hoofd Allergologie-Immunologie verbonden aan het Erasmus MC en is tevens visiting professor op de Chulalongkorn University.
Vooral de kinderen van de onderzochte Thaise familie hebben een zeer ernstige vorm van voedselallergie. Die geeft met name klachten op de huid en in de darmen. Bij blootstelling aan vrijwel alle soorten voedingsmiddelen ontstaan ontstekingen in het darmkanaal.
De onderzoekers vermoeden dat de overvloedige hoeveelheid Stat6-eiwit bij de vader ernstige nierschade heeft veroorzaakt. Hij raakte door nierfibrose beide nieren kwijt. “We wisten al dat een overactief Stat6-gen ernstige nierschade kan veroorzaken bij muizen, dit wordt nu voor het eerst ook bij een patiënt met overactief Stat6 gesuggereerd”, vertellen Suratannon en Van Hagen.
Ofschoon het gemuteerde gen slechts bij één familie is gevonden, ligt het voor de hand dat ook andere patiënten met hevige allergieën een dergelijke genmutatie zouden kunnen hebben. “Er zit dan mogelijk een afwijking in dezelfde signaalroute die het Stat6-gen gebruikt.”
Nu de genmutatie is ontdekt, ligt de weg open voor de ontwikkeling van betere diagnostiek bij kinderen met zeer ernstige voedselallergieën. “Kinderartsen, immunologen en allergologen zouden kinderen en volwassenen met zeer ernstige voedselallergieën kunnen screenen op mutaties in de genenrij waar het Stat6-gen bij betrokken is. Nu we weten waar het zit, is dit met sequencing wat makkelijker te vinden”, zeggen Van Hagen en Suratannon. “Maar deze ontdekking zal zeker niet alle gevallen van allergie oplossen.”
Medicatie om de productie of activiteit van het gemuteerde Stat6-eiwit rechtstreeks af te remmen, is er nog niet. Maar dit kan wel op een indirecte manier met huidige beschikbare medicijnen. In Nederland komt voedselallergie ongeveer bij 2 procent van de volwassenen voor en bij ongeveer 8 procent van alle kinderen. Het komt bij zuigelingen en jonge kinderen dus vaker voor dan bij volwassenen.
Referenties