Articles

2024-update van de IUIS-classificatie van aangeboren afwijkingen van het immuunsysteem

NTvAAKI - jaargang 25, nummer 3, september 2025

dr. M.C. van Zelm , dr. C.L. Vermont , dr. V.A.S.H. Dalm

SAMENVATTING

Sinds de eerste diagnose van een aangeboren immuundeficiëntie bij een jongen met X-gebonden agammaglobulinemie in 1952 zijn de ontwikkelingen in het veld enorm gevorderd. De term aangeboren afwijking in de afweer (‘inborn error of immunity’; IEI) wordt nu gebruikt, en deze IEI worden in 10 categorieën ingedeeld. De classificatie van IEI wordt sinds 1970 gedaan door een internationale commissie, voorheen onder toezicht van de World Health Organization en sinds de afgelopen jaren van de International Union of Immunological Societies. Recentelijk is de 2024-update van deze classificatie gepubliceerd. In totaal zijn er nu 550 IEI geclassificeerd en zijn er 504 genen geïdentificeerd waarin mutaties ten grondslag liggen aan IEI. Dit artikel heeft als doel om deze classificatie-update in een verkorte Nederlandse versie te presenteren inclusief een korte beschouwing.

(NED TIJDSCHR ALLERGIE, ASTMA, KLIN IMMUNOL 2025;25(3):92–100)

Lees verder

De bron van specifiek IgE: B-geheugencellen en plasmacellen

NTvAAKI - jaargang 15, nummer 3, mei 2015

dr. J.J. Heeringa , dr. M.C. van Zelm

Samenvatting

Hoewel immunoglobuline E (IgE) centraal staat in de inductie van IgE-gemedieerde allergieën, is slechts een beperkt aantal therapieën gericht op een reductie van (specifiek) IgE. Een van de oorzaken hiervan is de beperkte kennis over het ontstaan van de cellen die (specifiek) IgE produceren: IgE+-B-geheugencellen en IgE+-plasmacellen. Recente inzichten laten zien dat IgE+-B-cellen direct kunnen uitrijpen vanuit naïeve B-cellen, of indirect via IgG+-B-geheugencellen. Ook in humaan perifeer bloed zijn recent IgE+-B-geheugencellen en IgE+-plasmacellen waargenomen. De directe uitrijping van IgE+-B-cellen is mogelijk zonder hulp van T-cellen in lokaal (mucosaal) weefsel, en deze B-geheugencellen lijken betrokken bij de abnormale afweerreactie bij patiënten met atopische dermatitis. Dankzij deze nieuwe inzichten kunnen de cellen die verantwoordelijk zijn voor de allergische sensitisatie nu beter worden bestudeerd. Dit is belangrijk voor het ontwikkelen en optimaliseren van behandelingen tegen productie van (specifiek) IgE, zoals immunotherapie of anti-IgE-antistoftherapie.

(Ned Tijdschr Allergie & Astma 2015;15:71-77)

Lees verder