NTvAAKI - jaargang 24, nummer 2, mei 2024
dr. S.M. Franken , dr. A.J. Feilzer , dr. N.A. Ipenburg , prof. dr. T. Rustemeyer
In de mondzorg worden diverse restauratieve en prothetische materialen, tandheelkundige implantaten, geneesmiddelen en cosmetische materialen, zoals tandpasta en gebitsprothesereinigingsproducten, gebruikt. Deze materialen kunnen in principe contactallergieën geven, die zich kunnen uiten als lichenoïde reactie, cheilitis en angio-oedeem. Meestal gaat het om een lokale reactie van het mondslijmvlies en omgevende weefsels, maar er kan ook een systemische reactie elders in het lichaam optreden. Als een patiënt klachten krijgt van tandheelkundige materialen die zouden kunnen berusten op een allergie, is het zinnig om dit allergologisch te onderzoeken, hoewel dit vooralsnog geen volledige specificiteit of sensitiviteit heeft. Na een positief allergologisch onderzoek kan gerichter worden bekeken of de klachten van de patiënt bij het testresultaat passen en kan worden besloten of het zinnig is het tandheelkundige materiaal te vervangen en zo ja, welk materiaal eventueel een alternatief kan zijn. Na verwijderen van de oorzakelijke allergenen zouden de klachten volledig moeten verdwijnen.
(NED TIJDSCHR ALLERGIE, ASTMA, KLIN IMMUNOL 2024;24(2):57–62)
Lees verderNTvAAKI - jaargang 24, nummer 2, mei 2024
L. Nijman , dr. N.A. Ipenburg , prof. dr. T. Rustemeyer
“Dit is een journalscan van het artikel “The prevalence and relevance of patch testing with textile dyes.” met commentaar voor de Nederlandse klinische praktijk”.
(NED TIJDSCHR ALLERGIE, ASTMA, KLIN IMMUNOL 2024;24(2):78–9)
Lees verderNTvAAKI - jaargang 23, nummer 4, november 2023
prof. dr. T. Rustemeyer
Dit is een journalscan van het artikel “The European Baseline Series and recommended additions: 2023” met commentaar voor de Nederlandse klinische praktijk.
(NED TIJDSCHR ALLERGIE, ASTMA, KLIN IMMUNOL 2023;23(4):140–1)
Lees verderNTvAAKI - jaargang 19, nummer 4, november 2019
prof. dr. T. Rustemeyer
(NED TIJDSCHR ALLERGIE, ASTMA, KLIN IMMUNOL 2019;19:162-3)
Lees verderNTvAAKI - jaargang 19, nummer 4, november 2019
J. Knijp , prof. dr. D.P. Bruynzeel , prof. dr. T. Rustemeyer
Wolalcoholen worden verwerkt in cosmetische producten en therapeutische zalven. Een contactallergie voor wolalcoholen ontstaat door langdurige blootstelling op vooral de beschadigde huid. Een recent onderzoek in het Amsterdam UMC toont aan dat een wolalcoholallergie relatief vaak voorkomt, met name bij patiënten met atopisch eczeem. Het aantonen van een wolalcoholallergie vereist adequate plakproefdiagnostiek. De combinatie van de allergenen lanoline alcohol 30% in vaseline en Amerchol L101 50% in vaseline bleek effectief om een contactsensibilisatie aan te tonen.
(NED TIJDSCHR ALLERGIE, ASTMA, KLIN IMMUNOL 2019;19:120-2)
Lees verderNTvAAKI - jaargang 19, nummer 4, november 2019
dr. L.S. van der Schoot , dr. A.F.S. Galimont , B.W.M. Arents , prof. dr. M.S. de Bruin-Weller , dr. J.J.E. van Everdingen , M.M.M. Geleedst-de Vooght , dr. P.P.M. van Lümig , prof. dr. T. Rustemeyer , dr. M.A. Middelkamp Hup
In 2018 heeft een werkgroep op verzoek van het bestuur van de Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie de leidraad Dermatocorticosteroïden uit 2000 geheel herzien. De leidraad is een praktische handleiding voor het gebruik van dermatocorticosteroïden, met speciale aandacht voor classificatie, bijwerkingen, zwangerschap en borstvoeding, applicatiefrequentie, toe te passen hoeveelheid per klasse en leeftijd, vingertopeenheden, contra-indicaties, verslaving en controle. De leidraad is bedoeld voor het gebruik van dermatocorticosteroïden in het algemeen en niet voor een specifiek ziektebeeld. De leidraad werd in 2019 geautoriseerd door de betrokken verenigingen.
(NED TIJDSCHR ALLERGIE, ASTMA, KLIN IMMUNOL 2019;19:147-53)
Lees verderNTvAAKI - jaargang 19, nummer 4, november 2019
M.M. Kleipool , prof. dr. T. Rustemeyer
Sinds 2006 wordt in Europa een stijging waargenomen in het aantal patiënten met contactallergie voor het conserveermiddel methylisothiazolinon (MI) en het mengsel van MI met methylchloorisothiazolinon. Resultaten van deze studie laten een vergelijkbare trend zien bij de patiënten van het VUmc in Amsterdam. De stijging in het aantal contactallergieën lijkt te worden verklaard door het toegenomen gebruik van MI in verschillende producten. In zowel ‘rinseoff’- als ‘stay-on’-cosmetica werd een concentratie van 0,01% (100 ppm) toegestaan. Per februari 2017 is het gebruik van MI in ‘stay-on’-cosmetica verboden. De maximaal toegestane concentratie in ‘rinse-off’-cosmetica is verminderd van 0,01% (100 ppm) naar 0,0015% (15 ppm). Voor het gebruik van MI in industriële en huishoudelijke producten gelden geen restricties en ontbreken adviezen. MI wordt in de Europese standaardreeks als apart allergeen getest in een testconcentratie van 0,2% (2.000 ppm).
(NED TIJDSCHR ALLERGIE, ASTMA, KLIN IMMUNOL 2019;19:123-8)
Lees verderTo provide the best experiences, we and our partners use technologies like cookies to store and/or access device information. Consenting to these technologies will allow us and our partners to process personal data such as browsing behavior or unique IDs on this site and show (non-) personalized ads. Not consenting or withdrawing consent, may adversely affect certain features and functions.
Click below to consent to the above or make granular choices. Your choices will be applied to this site only. You can change your settings at any time, including withdrawing your consent, by using the toggles on the Cookie Policy, or by clicking on the manage consent button at the bottom of the screen.