NTvAAKI - jaargang 20, nummer 4, december 2020
drs. C. Oldenburg
NTvAAKI - jaargang 20, nummer 1, februari 2020
drs. C. Oldenburg
De Rhinocort Turbuhaler is een medisch hulpmiddel dat onder andere wordt voorgeschreven bij allergieën die gepaard gaan met klachten zoals een verstopte neus of loopneus. Veel patiënten hebben baat bij deze Turbuhaler. De teleurstelling was daarom groot toen het hulpmiddel ofwel ‘device’ van de markt werd gehaald. Vanaf het moment dat patiënten gewone neussprays moesten gebruiken, kregen diverse patiënten last van bijwerkingen: met name een kriebel in de neus of een bloedneus. Paul Hagedoorn, senior inhalatietechnoloog bij de Rijksuniversiteit Groningen, werd gevraagd om een oplossing te bedenken.
(NED TIJDSCHR ALLERGIE, ASTMA, KLIN IMMUNOL 2020;20:3-4)
Lees verderNTvAAKI - jaargang 18, nummer 1, februari 2018
No authors
NTvAAKI - jaargang 15, nummer 2, april 2015
No authors
Bij de behandeling van allergische rinitis staat tegenwoordig niet meer de ernst van de aandoening centraal, maar de mate waarin de klachten onder controle zijn. Hoe beter de controle over de klachten, des te beter de kwaliteit van leven van de patiënt. Bij het snel en gemakkelijk in kaart brengen van die kwaliteit van leven kan de visueel analoge schaal (VAS) goede diensten bewijzen.
(Ned Tijdschr Allergie & Astma 2015;15:38-39)
Lees verderNTvAAKI - jaargang 15, nummer 2, april 2015
No authors
The care management of patients with allergic rhinitis can be greatly improved, according to Professor dr. Jean Bousquet (University of Montpellier, France). Simplicity is the cornerstone of these improvements, as well as the use of smart telemedicine- and telemonitoring tools. Sprouting from a joint European collaboration, at the beginning of July he will be ready to launch an online electronic system (amongst others involving a symptom tracking app for patients), greatly revolutionizing patient monitoring and medical decision-making.
Lees verderNTvAAKI - jaargang 14, nummer 2, mei 2014
No authors
Prof. dr. J.G.R. de Monchy koos in 1976 voor het specialisme allergologie en zet zich sindsdien al vele jaren in voor het vak. Sinds 1993 is hij hoofd van subafdeling Allergologie van het Universitair Medisch Centrum Groningen. Strijdbaar als het ging om behoud van het vak, geduldig als het ging om het telkens weer de raison d’être van allergologen uitleggen. Sinds 2007 zet hij zich als president van de Union Européenne des Médecins Spécialistes (allergologie) in voor de harmonisatie van het vak binnen Europa. Nu, na vele jaren de afdeling Allergologie met enthousiasme en liefde voor het vak geleid te hebben gaat hij met emeritaat. Als eerbetoon aan zijn vakmanschap organiseerde de afdeling Allergologie op 9 mei jl. het afscheidssymposium ‘The Eosinophil in (allergic) inflammation’. In NTvAA blikt hij terug op zijn carrière.
Lees verderNTvAAKI - jaargang 13, nummer 3, september 2013
No authors
Oek Phaff (allergoloog, Maasstad Ziekenhuis, Rotterdam) gebruikt sinds kort speciaal gebakken hazelnoot- en pindakoeken van banketbakkerij Stevers uit Alphen aan den Rijn voor het aantonen van een hazelnoot- en/of pindaallergie bij haar patiënten. In een gecontroleerde setting op de dagbehandeling van het ziekenhuis krijgen patiënten oplopende hoeveelheden van het verdachte allergeen te nuttigen via zorgvuldig afgewogen porties koek of placebo. Bij de hazelnoot- en pindaprovocatietest worden koeken met noten gebruikt en placebokoeken met alleen een notensmaakstof erin verwerkt. Zowel de arts als de patiënt weten niet in welke koeken het allergeen verwerkt zit en in welke het placebo (dubbelblinde orale voedselprovocatietest). Deze intensieve methode van diagnostiek geeft duidelijkheid of er sprake is van een klinisch relevante allergie. Ook is de tolerantiedrempel van bijvoorbeeld pinda op deze manier goed te bepalen, aldus Phaff, het is dan uit te rekenen na welk gehalte van het allergeen in de koek een reactie is opgetreden.
Lees verder